Jouw hulp bij het uitvoeren van onderzoek en werken met SPSS
Kruistabellen zijn tabellen waarin SPSS twee of meer variabelen tegenover elkaar afzet. Je kent kruistabellen al van vroeger, zelfs op de basisschool worden ze toegepast in het onderwijs. SPSS gebruikt kruistabellen enerzijds om grote hoeveelheden data overzichtelijk weer te geven, of om bepaalde toetsen of analyses die toegepast worden op meerdere variabelen weer te geven. Anderszijds geeft SPSS resultaten van analyses en toetsen weer in de kruistabellen.
Het belangrijkste doel van een kruistabel is weergeven van het verloop van twee of meer variabelen, en het eventuele verband tussen die variabelen. In het eerste geval lees je de tabel simpel uit en trek je daaruit je eigen conclusies. In het laatste geval gaat er vaak een analyse of toets aan vooraf, waarvan SPSS het resultaat weergeeft in de cel van de tabel waar de twee variabelen elkaar kruisen. Vandaar de naam kruistabel.
Kruistabellen gevuld met alle data die toebehoren aan de variabelen in de kolommen en rijen van de kruistabel zijn erg onoverzichtelijk, maar daar biedt SPSS de uitkomst. Wil je bijvoorbeeld toetsen of de verdeling van mannen en vrouwen over bepaalde leeftijdscategorieën verschillend is? Dan voer je de chi-kwadraattoets uit.
In plaats van de waarden die de variabelen hebben (dus het geslacht, en de leeftijdscategorie), geeft SPSS de uitkomst weer van de chi-kwadraattoets. Op die manier kan je snel en eenvoudig aflezen of er verschil in de verdeling zit of niet.
In onze SPSS handleiding lees je per analyse of toets hoe je deze opzet, uitvoert en weergeeft in een kruistabel, indien van toepassing. Lees meer over SPSS Analyses en toetsen in SPSS